Hand-out BOA-Examen.nl:

Begrippenlijst

Leestijd: 8 minuten

Aangifte
Een aangifte is een kennisgeving van een gepleegd strafbaar feit.

Aanhouden
Aanhouden is iemand zijn vrijheid ontnemen met het doel hem te geleiden voor de organen van justitie en politie.

Absolute competentie
De absolute competentie bepaalt het soort gerecht, dat een strafbaar feit behandelt. (Wet R.O.)

Actieve omkoping
Het feit, dat iemand opzettelijk aan een ambtenaar voordeel belooft of verstrekt om hem ertoe te bewegen om, in strijd met diens ambtsplicht iets te doen of na te laten waardoor de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen geschaad (kunnen) worden.

Advocaat
Een advocaat is een door de wet beschermd vertrouwenspersoon die in burgerlijke zaken en in strafzaken een partij bijstaat en dan vaak raadsman of raadsvrouw wordt genoemd.

Algemene bepaling
Dit betreft een strafbaar feit dat door eenieder gepleegd kan worden. Dit wordt ook wel een commuun delict genoemd.

Ambtelijk bevel
Een ambtelijk bevel is door een ambtenaar gegeven dwingende opdracht.
 (Let op kan bevoegd en onbevoegd gegeven worden)

Ambtenaar
Ambtenaar is hij die door het openbaar gezag is aangesteld tot een openbare betrekking om een deel van de taak van de staat of zijn organen te verrichten.

Ambtsdwang
Het door geweld of enige andere feitelijkheid, of bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid, dwingen van een ambtenaar tot het volvoeren van een ambtsverrichting of het nalaten van een rechtmatige ambtsverrichting.

Ambtsverrichting
Een ambtsverrichting is een handeling die door een ambtenaar wordt uitgevoerd.

Amendement
Het recht om een wetsvoorstel in te dienen. Alleen voor regering en 2E kamer.

AMvB
Een Algemene Maatregel van Bestuur is een overheidsbesluit, waaraan iedereen zich heeft te houden.

Attributie
De bevoegdheid om een wet of regelgeving te maken.

AVG
Algemene Verordening gegevensbescherming

AWBI
Algemene Wet op Binnentreden

Besloten erf
Een besloten erf is in het algemeen een rondom of bij een woning gelegen stuk grond, dat door een hek, een heg, een sloot of een dergelijke afscheiding van de overige gronden afgescheiden is.

Besloten lokaal
Een besloten lokaal is een pand met wanden en een dak, dat niet onder het begrip woning valt.

Bezit
Van bezit is sprake als iemand en goed voor zichzelf houdt en gebruikt.

Betreden
Het betreden van plaatsen betekend zoekend rondkijken om te kunnen aanhouden of in beslagnemen.

Bijzondere bepaling
Bijzondere bepalingen hebben dezelfde bestanddelen als de commuun delicten + één of meer bestanddelen en gaan altijd voor de algemene bepaling.

Cautie
De mededeling aan de verdachte dat hij niet tot antwoorden verplicht is.

Consultatiebijstand
Het recht van een verdachte om voorafgaand aan het eerste verhoor te overleggen met een raadsman/advocaat.

Delegatie
Dit is een recht dat een instantie heeft die bevoegd is tot attributie. Zij kunnen het maken van regels dus door anderen laten uitvoeren. Attributie gaat boven delegatie.

Doorzoeken
Het doorzoeken gebeurt gericht en stelselmatig (alles openen).

Eigendom
Eigendom is het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben.

Fair Play beginsel
Het Fair Play beginsel betekent dat het optreden van de opsporingsambtenaar altijd eerlijk/integer moet zijn.

Formeel strafrecht
Hier gaat het over de inhoud. In dit geval de formaliteiten, regels, bevoegdheden.

Geweld
Onder geweld wordt verstaan elke dwangmatige kracht van meer dan geringe   betekenis uitgeoefend op personen of zaken.

Goederen       
Onder het begrip goederen vallen alle zaken en alle vermogensrechten.

Gekwalificeerde Ambtsdwang/ wederspannigheid
Wanneer de ambtsdwang of wederspannigheid lichamelijk letsel of zwaar   lichamelijk letsel of de dood tot gevolg heeft is dit een strafverzwarende omstandigheid.

Identiteitsgegevens
Naam, voorna(a)m-(en), geboortedatum, geboorte plaats, GBA-adres of feitelijke verblijfplaats.

Inbeslagneming
Het Wetboek van Strafvordering zegt niet wat inbeslagneming is maar wel wat eronder verstaan wordt, namelijk het onder zich nemen of gaan houden van een voorwerp ten behoeve van de strafvordering.

Inbewaringstelling
In bewaring stelling is een dwangmiddel, dat volgt na de inverzekeringstelling. Door toepassing van dit dwangmiddel kan de verdachte, na vordering van de OvJ, op bevel van de rechter-commissaris maximaal 14 dagen worden vastgehouden.

Inverzekeringstelling
In verzekeringstelling is een dwangmiddel, dat volgt na het ophouden voor onderzoek. Door toepassing van dit dwangmiddel kan de verdachte van een strafbaar feit, waarvoor voorlopige hechtenis is toegestaan, in het belang van het onderzoek op bevel van de (hulp)OvJ maximaal 3 dagen (3 x 24 uur) worden vastgehouden.

Klacht
Een klacht is een aangifte met verzoek tot vervolging.

Legaliteitsbeginsel
De wet zegt dat geen feit strafbaar is dan voorafgegaan door een wettelijke strafbepaling. Er dient dus ergens beschreven te staan dat het strafbaar is.

Materieel strafrecht
Hier gaat het over de inhoud. In dit geval over de strafbare handelingen en de straf die erop staat.

Meineed
Het misdrijf meineed, dat is het opzettelijk afleggen van een valse verklaring onder ede, kan op verschillende manieren gepleegd worden: mondeling of schriftelijk en persoonlijk of door een gemachtigde.

Noodtoestand
Noodtoestand is de drang die van binnenuit komt en waaraan redelijkerwijs geen weerstand geboden kan worden. (Innerlijke strijd)

Noodweer
Noodzakelijke verdediging tegen ogenblikkelijke aanranding van eigen of andermans lijf, eerbaarheid of goed.

Noodweerexces
Overschrijding van noodweer door hevige gemoedstoestand ten gevolge aan de aanval.

Onderzoek  aan lichaam
Het uitwendig schouwen van de natuurlijke lichaamsholten van het bovenlichaam en het schouwen van het lichaam. Dit onderzoek bij voorkeur laten uitvoeren door een persoon van hetzelfde geslacht als de verdachte. De uitvoerder behoeft zelf geen opsporingsbevoegdheid te bezitten. Het onderzoek wordt immers op bevel dan de (h)OvJ uitgevoerd. De erogene zone blijft hierbij buiten beschouwing en valt onder onderzoek in het lichaam. Bij een aangehouden verdachte tegen wie ernstige bezwaren bestaan ter in beslag name van een goed.

Onderzoek in het lichaam
Het inwendig onderzoek van de openingen en holten van het boven- en onderlichaam, röntgenonderzoek, echografie en het inwendig manueel onderzoek. Het onderzoek in het lichaam wordt verricht door een arts in opdracht van de OvJ. Bij een aangehouden verdachte tegen wie ernstige bezwaren bestaan ter in beslag name van een goed.

Onderzoek aan de kleding
Onder onderzoek aan de kleding wordt in ieder geval verstaan het aftasten van de kleding en als dat voor het onderzoek noodzakelijk is ook een onderzoek in en van de kleding. Bij een aangehouden verdachte tegen wie ernstige bezwaren bestaan ter in beslag name van een goed.

Onschendbaar
De koning geniet onschendbaarheid. De minister-president is in eerste aanleg verantwoordelijk.
Dit noemen we ministeriële verantwoordelijkheid, of ook wel afgeleide bevoegdheid.

Ophouden voor onderzoek
Indien besloten is door de (hulp)OvJ dat de verdachte terecht is aangehouden en dat deze opgehouden moet worden voor onderzoek geldt dat hiervoor bij niet VH-feiten de verdachte 6 uur kan worden opgehouden. Bij VH-feiten is dit 9 uur. De nachtelijke uren (00:00 – 09:00 uur) tellen hierbij niet mee.

Opportuniteitsbeginsel
Onder opportuniteitsbeginsel wordt verstaan: de beoordelingsvrijheid van het openbaar ministerie (OvJ) om niet tot vervolging of verder vervolging over te gaan op gronden, die zijn ontleend aan het algemeen belang.

Opsporing
Art. 132a WvSv; Onder opsporing wordt verstaan: het onderzoek in verband met strafbare feiten onder gezag van de OvJ met als doel het nemen van strafvorderlijke beslissingen.

Opsporingsambtenaar
Art 127 WvSv geeft een definitie van het begrip opsporingsambtenaar. Volgens dit artikel worden onder opsporingsambtenaren verstaan alle personen met de opsporing van het strafbare feit belast.

Overmacht
Overmacht is elke kracht, dwang of drang van buitenaf waaraan men geen weerstand kan bieden.

Passieve omkoping
S
trafbaar feit door tijdens de dienstbetrekking of uitvoering van de taak een gift of belofte aan te nemen en dit in strijd is met de goede trouw tegenover de werkgever te verzwijgen. (art. 326 WvSr.)

Plaats
Onder het begrip plaats valt elke plaats die maar kan worden betreden. Hierbij moet niet alleen aan een besloten ruimte worden gedacht, zoals een winkel, schouwburg, schuur e.d., maar ook aan een bosperceel, tuin of weiland.

Poging
Het begrip poging laat zich in dit verband het beste omschrijven als iets beginnen uit te voeren, maar dit vervolgens niet voltooien. Het beginnen met uitvoeringshandelingen is dus van groot belang. Of anders gezegd: degene die een poging heeft ondernomen, is er niet in geslaagd om het doel dat hij voor ogen had te bereiken. Strafbaar als het niet voltooid wordt buiten de wil van de dader om.

Proces-verbaal
Een proces-verbaal is een woordelijk verslag van het optreden door een opsporingsambtenaar en diens waarnemingen naar aanleiding van een strafbaar feit, dat door hem is ontdekt, of waarvan bij hem aangifte is gedaan.

Pro forma zitting
Een zitting pro forma dient plaats te vinden omdat het voorarrest tegen de verdachte anders verloopt. Een verdachte mag voor de periode van voorarrest worden vastgehouden, daarna moet de verdachte vrij komen. Om dat te voorkomen wordt er een pro-forma zitting gehouden. Het voorarrest kan dan worden verlengd. Deze pro forma zitting dient binnen 110 dagen en 18 uur plaats te vinden.

Proportionaliteitsbeginsel
Het proportionaliteitsbeginsel houdt in dat de bevoegdheid die de opsporingsambtenaar hanteert en voornamelijk de mate waarin die bevoegdheid wordt gehanteerd, in verhouding moet staan met het doel dat hij daarmee wil bereiken.

Recht
Recht is het samenhangende geheel van bindende leefregels, die voor een bepaalde (staats)gemeenschap gelden en waarvan de naleving door of met behulp van de overheid kan worden afgedwongen.

Rechtsbijstand
Dit is het complete plaatje voor de verdachte. Hij heeft recht op consultatie en verhoorbijstand van een advocaat/raadsman.

Relatieve competentie
De relatieve competentie bepaalt welk gerecht van dezelfde soort het strafbare feit behandelt.

Salduz
Het recht van de verdachte om zich te laten bij staan door een advocaat.

Sepot
Onder sepot wordt verstaan: de beslissing van het openbaar ministerie om de verdachte niet of niet verder te vervolgen.

Staat
Ons land is een staat, omdat op een eigen grondgebied een volk woont dat een eigen overheidsgezag heeft.

Strafbaar feit
Onder het begrip strafbaar feit wordt verstaan: een menselijke gedraging, die gedekt wordt door een wettelijke delictsomschrijving, die wederrechtelijk is en aan schuld te wijten.

Strafvordering
Strafvordering omvat de gehele procedure in strafzaken, vanaf het moment dat het vermoeden bestaat dat iemand zich schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit tot het moment dat die persoon zijn straf heeft ondergaan. Ook wel het strafprocesrecht genoemd.

Subsidiariteitsbeginsel
Het subsidiariteitsbeginsel betekent dat de opsporingsambtenaar zijn doel op de voor de verdachte minst ingrijpende wijze moet zien te bereiken.

Territorialiteitsbeginsel
Dit betekent dat een ieder strafbaar is voor het overtreden van een strafbaar feit welke binnen de territoriale grenzen van het land zijn gepleegd. Los daarvan staat de nationaliteit van de verdachte.

Uitsluitingsgrond
Verdachte heeft feit wel gepleegd maar wordt niet bestraft. Overmacht, noodtoestand, noodweer (exces), ontoerekeningsvatbaar, ambtelijk bevel en wettelijk voorschrift.

Veiligheidsfouillering
Onder veiligheidsfouillering wordt verstaan het oppervlakkig aftasten van de kleding met het oog op het aantreffen van voorwerpen waarmee een persoon aan zichzelf, de opsporingsambtenaar of anderen letsel kan toebrengen.

Verdachte
In art. 27 geeft het WvSv aan wat in het strafprocesrecht onder het begrip verdachte moet worden verstaan, namelijk: > als verdachte wordt, vóórdat de vervolging is aangevangen, aangemerkt degene te wiens aanzien uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden van schuld aan enig strafbaar feit voortvloeit, en  > nadat de vervolging is aangevangen, wordt als verdachte aangemerkt degene tegen wie de vervolging is gericht.

Verhoor          
Volgens de Hoge Raad moet onder verhoor worden verstaan het stellen van vragen door een opsporingsambtenaar aan de verdachte over diens betrokkenheid bij het strafbare feit. Het stellen van identiteitsvragen bij de staande houding valt niet onder het begrip verhoor.

Verhoorbijstand
Het recht van een verdachte om zich tijdens het verhoor te laten bijstaan door een raadsman.

Vervoermiddel
Onder een vervoermiddel moet worden verstaan elk middel dat bestemd is om personen en/of goederen te vervoeren. Dat vervoer kan plaatsvinden over land, over water of door de lucht.

Vervoersfouillering
Dit is een onderzoek in en aan de kleding en van de goederen die een persoon met zich voert, die overgebracht moet worden van a naar b of van een persoon die ingesloten is. Artikel 7 lid 4 Politiewet 2012.

Verschoningsrecht
Getuigen kunnen een beroep hierop doen als zij familie zijn van één van de procespartijen (echtgenoot, kinderen en ouders) maar ook personen die door te verklaren strafbare feiten moeten bekennen waarvoor zij of iemand uit hun familie kan worden vervolgd of personen met een beroepsgeheim zoals een arts, advocaat of dominee. Hier spreekt men van een professionele of functionele verschoningsgerechtigden.

Vlagbeginsel
Ook personen die zich op een schip bevinden dat vaart onder de NL-vlag en die een strafbaar feit begaan, zijn strafbaar voor de NL wet. Geldt ook in vliegtuigen.

Voorbereidend Onderzoek
Het voorbereidend onderzoek is het onderzoek dat aan de behandeling ter terechtzitting voorafgaat.  

Voorlopige hechtenis
Art. 133 WvSv Onder voorlopige hechtenis wordt verstaan de vrijheidsbeneming ingevolge enig bevel van bewaring, gevangenneming of gevangenhouding.

Voorarrest
Dit gaat in vanaf het moment dat de verdachte door de RC of de Raadkamer in bewaring wordt gesteld of gevangengehouden/genomen wordt.

Wpg 
Wet politiegegevens

Wpb 
Wet bescherming persoonsgegevens

Wet in formele zin

Een wet in formele zin is een regeling die tot stand wordt gebracht door de wetgever, dat wil zeggen door de regering en Staten-Generaal gezamenlijk. Hierbij is van belang de manier waarop een wet tot stand komt.

Wet in materiële zin
Een wet in materiële zin is een algemeen bindend voorschrift, dat geldt voor iedereen binnen een bepaald gebied. Hierbij is van belang de manier waarop een wet tot stand komt. Dit wettelijk voorschrift is de beslissing van een overheidsinstelling niet zijnde de regering en de Staten Generaal. (bijv. APV)

Woning
Een woning is een van de buitenwereld afgesloten plaats waar iemand zijn privaat huiselijk leven leidt of pleegt te leiden, evenals alle ter beschikking en ten gebruiken van de bewoner staande besloten ruimten die binnenshuis gemeenschap hebben met de woning, zonder dat daarvoor andermans gebied hoeft te worden betreden.

WvSv
Wetboek van Strafvordering (formeel strafrecht)

WvSr
Wetboek van Strafrecht (formeel & materieel strafrecht)

Studiemiddelen

Naast deze gratis handout bieden we ook andere studiemiddelen aan, zoals de BOA-Compact. Hierin vind je alle informatie die je nodig hebt om je examen succesvol af te leggen. Heb je nog vragen? Verken dan onze zelfstudietrainingen, die een breed scala aan onderwerpen behandelen. Loop je toch nog ergens tegenaan? Maak dan gebruik van ons gratis online vragenuur met een ervaren docent, dat plaatsvindt op de 1e en 3e woensdag van elke maand. Ook kun je een persoonlijke 1-op-1 bijles boeken en onze trainingen over persoonlijke groei bekijken.

Chat gratis 24/7 met docent Rob!

Virtueel docent Rob Ai wordt steeds beter! Vraag hem 24/7 al jouw leervragen. Klik rechtsonderin op Rob om een gratis chat te starten.